Mon Van Gestel overleden
Onze club vernam gisteren met droefnis het overlijden van oud-Lyraspeler Raymond ‘Mon’ Van Gestel (Arendonk, 1930-2020). Hij werd 90 jaar en anno 2020 was hij één van de oudste nog levende Rode Duivels.
Mon was een rechtsbuiten met een beweging. Las ook de ‘looplijnen’ nog voor het begrip bestond. Hij zag de ruimte en spurtte tussen de verdedigers door als hij de ballen op het juiste moment kreeg. Zo deed hij het wel vaker, om niet te zeggen voortdurend: 94 doelpunten in 168 wedstrijden voor Lyra tussen 1948 en 1958. Samen met Jef Piedfort een topschutter van de katholieke roodwitten uit de stad van Felix Timmermans.
Eens op volle snelheid was Mon niet af te remmen: hij beoefende als spurter en verspringer naast voetbal ook de atletieksport en ‘klokte’ de honderd meter af in minder dan 11 seconden.
Hij openbaarde een vergetelheid tijdens een ontmoeting in de brasserie van zweefclub De Keiheuvel in Balen, destijds door hem na zijn voetbalcarrière opgericht. De vergetelheid: wie herinnert zich hem als snelste doelpuntenmaker der Rode Duivels? Zeventien seconden. Tegen Spanje. Op 10 juni 1951, Heizelstadion Brussel. ‘Raimundo el rapido’, deze accolade kreeg hij van de Spaanse kranten. Omdat hij op vijf minuten tijd de 3-3 op het bord zette, bood Espanyol Barcelona zelfs 1 miljoen peseta’s. Maar Lyra wilde haar topschutter niet kwijt en hield het been stijf.
Mon Van Gestel speelde daarnaast ook als kapitein voor de Lierse Entente, de naoorlogse formatie met spelers van het toenmalige Lyra en Lierse, tegen Frankfurt en Belgrado.
Uit ‘Oh Belgisch voetbal. 101 sterke verhalen sinds 1920.’ – Raf Willems – Uitgeverij Lannoo. Het boek zal verschijnen tijdens de zomer van 2020.
Raymond Van Gestel: ‘Mijn ouders noemden mij naar Raymond Braine van Beerschot. In mijn geboortejaar was dat de beste Belgische voetballer.
En als kind zat ik vaak op de ‘schoot’ van ‘nonkel’ Bernard Voorhoof aan de Leuvense stoof. Zo noemden we hem. Voorhoof, met Braine in de jaren dertig de vedette van het Belgisch voetbal, was verslaafd geraakt aan het gokspel. Hij trok al leurend met allerlei ‘marchandise’ vanuit Lier de Kempen rond en passeerde vaak langs sigarenfabriek Dante in Arendonk. Ik keek wel naar hem op en hoopte later om voor Lierse te spelen.
Onder druk van de economische crisis verhuisden we van Arendonk naar Mol omdat vader werkte voor het bedrijf Johns Mansville. Ik tekende een kaart bij Mol Donk en op mijn zestiende sloot ik aan bij Sport Vermaak Mol. Ze bezorgden me net na de Tweede Wereldoorlog een job aan de gemeente. Ik deed het niet slecht, al zeg ik zelf: meer dan vijftig doelpunten in één seizoen en een oproep voor het nationale juniorenelftal waar ik mijn leeftijdsgenoot Rik Coppens leerde kennen. We raakten bevriend met elkaar en later pikte hij me op met zijn Buick of Cadillac – Rik had als enige van ons een Amerikaanse sportslee – om naar de training van de nationale ploeg te rijden.
Een handelsreiziger van Lyra ontdekte me en ik tekende in 1948 een contract voor een eersteklasser. Of toch bijna want Lyra onderwierp me eerst aan een test. Ze stelden me onder een valse naam op in de reservematch tegen Club Luik, met medeweten van de Luikse afgevaardigde. Die zal daar later toch spijt van hebben gekregen want we wonnen met 11-1 en ik scoorde zes goals. De sfeer van Lyra toen? De fans droegen me op handen. Ze noemden me het ‘Sprietje’: omdat in Mol in de oorlog ‘bruinkool’ of ‘spriet’ werd gedolven. De bestuursleden stonden boven de spelers. Ze bekeken me uit de hoogte. Ze deden nooit de moeite om met mij te spreken, maar de club betaalde wel mijn studie. Ik schreef me in voor de richting architectuur. In 1950 degradeerden we, ondanks mijn 32 doelpunten. Ik eindigde zelfs tweede in de topschuttersstand na Jef Mermans.
Als tweedeklasser riep de bondscoach mij toch op voor de nationale ploeg. We verloren in Nederland voor 60.000 toeschouwers na een spektakelmatch met 5-4. Raymond Braine schreef als analist in de krant: Raymond Van Gestel was de revelatie.
In 1953 promoveerden we opnieuw na een spannende tweestrijd met Lierse SK. Drie speeldagen voor het einde stond de beslissende derby op het programma: Lierse – Lyra 2-3. Ik maakte een hattrick, het winnende doelpunt viel een paar minuten voor het einde. Het schijnt dat er nog steeds in een oud Lyracafé een ingekaderde foto tegen de muur hangt van dit doelpunt. Dat was bij nader inzien het laatste hoogtepunt van Lyra want het jaar nadien konden we ons niet handhaven. Men zegt: door mijn gedwongen afwezigheid.
In de herfst zat ik in het elftal dat tegen Finland en Zweden de kwalificatie voor het WK 1954 in Zwitserland afdwong. Ondertussen deed ik mijn legerdienst en had ik gekozen voor de luchtmacht. Ik werd opgeroepen voor een missie in Congo die maanden duurde waardoor ik de wereldbeker miste en geen wedstrijden meer speelde. Lyra degradeerde.’
In het najaar van 1954 ging het leven snel voor Raymond Van Gestel. Bij een oefenvlucht vanuit de legerbasis van Koksijde ontsnapte hij aan de dood na een crash in een weide in Veurne. Hij eindigde ‘tussen de mesthopen’. Een maand later trad hij in het huwelijk met de dochter van de eigenaar van een ‘zweefvliegclub’ in Balen. Hij haalde zijn brevet, bolde nog enkele jaren in tweede klasse uit met Lyra, maar hing al op zijn 28 ste ‘de schoenen aan de wilgen’. Van dan af beschouwde hij ‘De Keiheuvel’ als zijn levenswerk. De voetballende piloot van Lyra zocht – hij schreef er zelfs een gedicht over – de vrijheid in de lucht. En in zeventien seconden tegen Spanje. Raimundo el rapido is niet meer.
Onlangs hadden we nog een dubbelinterview met Mon Van Gestel en Fons Dresen. Dit interview zal als hommage aan Mon verschijnen in het eerste clubmagazine van het seizoen 2020-2021. We wensen alle naasten van Mon veel sterkte in deze moeilijke periode.
Fotos met dank aan Hugo Broes & Gert Verwilt.